Text aus dem Hauptfenster in Zwischenablage kopieren

Dat. liiij. capittel.
Die niet en werct maer hem verlaet
Alleen op gode als crabben voortgaet.
1
OVermids dat Sent pauwels betuught dat god
2
wel weet wie de sijne sijn ende dat van dien gheene
3
verleidten werden. Ende dat god eenighe vercoren heeft
4
behouden te zijne ende eenighe vorweet die verloren sullen
5
zijn: so vindt men quade zotten die hem seluen ende andre
6
diese met harer valscher leeringhen bedrieghen / zeer sca
7
delic zijn / segghende wat helpet vele ghebeden oft ghe
GW5066_0120_Paris_h4v